SVIB
Wat: schoolvideo interactie begeleiding is een onderdeel van coaching binnen onze school
Het kan gaan om begeleiding van zorgleerlingen, problemen in een klas, voeren van gesprekken, begeleiding van de docent die wil werken aan de interactie, communicatie, didactiek, klassenorganisatie e.d.
Verder kan het ingezet worden als een werkvorm voor professionalisering en implementatie van onderwijsvernieuwingen.
Tot slot kan het bebruikt worden bij een beoordelingstraject als een docent voldoende gemotiveerd is voor deze begeleiding.
Hoe: als voor het begeleidingsmiddel SVIB is gekozen, volgt eerst een gesprek tussen docent en begeleider. Hierin vindt informatie-uitwisseling plaats over de werkwijze van SVIB en over de vraagstelling van de docent. Afhankelijk van de vraagstelling wordt een moment afgesproken waarop gefilmd gaat worden. Vervolgens wordt een video-opname gemaakt van ongeveer twintig minuten. Deze opname wordt door de begeleider geanalyseerd. Een selectie van fragmenten wordt hierna samen met de leerkracht bekeken. Door de beelden wordt de docent geactiveerd om naar het positieve in zijn/haar eigen handelen te kijken en naar mogelijkheden om de situatie te verbeteren. Aan het eind van het gesprek wordt een afspraak gemaakt voor een volgende opname, waarbij de leerkracht zich in een vergelijkbare situatie probeert te richten op haar/zijn werkpunten. Deze cyclus kan een aantal keren worden herhaald.
Wie: (nieuwe) docenten, klassenassistentes, leerlingen. Aanvraag verloopt via directleidinggevende, bv. als onderdeel van het Pop. De teamleider kan ook op grond van eigen bevindingen een dergelijk traject aanraden.
Het kan gaan om begeleiding van zorgleerlingen, problemen in een klas, voeren van gesprekken, begeleiding van de docent die wil werken aan de interactie, communicatie, didactiek, klassenorganisatie e.d.
Verder kan het ingezet worden als een werkvorm voor professionalisering en implementatie van onderwijsvernieuwingen.
Tot slot kan het bebruikt worden bij een beoordelingstraject als een docent voldoende gemotiveerd is voor deze begeleiding.
Hoe: als voor het begeleidingsmiddel SVIB is gekozen, volgt eerst een gesprek tussen docent en begeleider. Hierin vindt informatie-uitwisseling plaats over de werkwijze van SVIB en over de vraagstelling van de docent. Afhankelijk van de vraagstelling wordt een moment afgesproken waarop gefilmd gaat worden. Vervolgens wordt een video-opname gemaakt van ongeveer twintig minuten. Deze opname wordt door de begeleider geanalyseerd. Een selectie van fragmenten wordt hierna samen met de leerkracht bekeken. Door de beelden wordt de docent geactiveerd om naar het positieve in zijn/haar eigen handelen te kijken en naar mogelijkheden om de situatie te verbeteren. Aan het eind van het gesprek wordt een afspraak gemaakt voor een volgende opname, waarbij de leerkracht zich in een vergelijkbare situatie probeert te richten op haar/zijn werkpunten. Deze cyclus kan een aantal keren worden herhaald.
Wie: (nieuwe) docenten, klassenassistentes, leerlingen. Aanvraag verloopt via directleidinggevende, bv. als onderdeel van het Pop. De teamleider kan ook op grond van eigen bevindingen een dergelijk traject aanraden.